Skip to main content

Het aantal coronapatienten op de IC is gisteren afgenomen na een constante toename vanaf februari. Goed nieuws. Maar een zwaluw maakt nog geen zomer en we moeten ons aan de regels blijven houden hoe moeilijk dat ook is. Je aan de regels blijven houden, terwijl we eigenlijk zo graag iets anders zouden willen. Het mag niet, maar het is zo verleidelijk. Het is überhaupt de vraag of we ooit nog wel terugkomen in een situatie zoals we die kenden van voor 15 maart 2020. We hebben het al over de 1 ½ meter samenleving. Ik weet niet zo goed wat ik daarvan moet denken, en ik wil er ook nog niet aan denken, want de afstand tussen mensen beangstigt me ook op een of andere manier. Dus leven bij de dag en stap voor stap. Steeds een stapje in de goede richting.

Die coronaregels raken onze dochter Sterre ook. Zij heeft het syndroom van down en leert dingen langzamer. Ik heb tegen haar al 1000 keer gezegd: ‘’je mag niet knuffelen, geen hand geven, houdt afstand.’’ Pas nog, bij de groenteboer,  kon ik haar op het nippertje aan haar capuchon wegtrekken toen zij bijna een kinderwagen indook om een slaapliedje voor een huilende baby te zingen. Die regels: ze zijn zo moeilijk om je aan te houden. Ik weet bij haar dat ik het eindeloos moet herhalen voordat het is ingesleten. Geduld, geduld, geduld, het komt echt wel goed. En als het dan is ingesleten dan heeft ze een soort van hardop inner speech. En warempel: van de week kwamen we terug van een boodschapje en we zagen een vriendin van ons. Ik hoorde Sterre tegen zichzelf zeggen zeggen: ‘’niet knuffelen, even wachten tot Corona weg is’’. Wat knap! De regel is ingedaald en ze kan nu zelfstandiger haar gedrag reguleren. Ze kan haar knuffelimpuls onder controle houden.

Dat alles heeft te maken met onder andere de executive functies. ‘’De term executieve functies verwijst naar een aantal complexe vaardigheden die nodig zijn voor het plannen en uitvoeren van doelgericht gedrag1. Deze vaardigheden worden verworven vanaf de vroege kindertijd en zijn uiterst belangrijk voor de ontplooiing van kind en jeugdige. Executieve functies zoals impulscontrole (het kunnen remmen van gedrag), het werkgeheugen en plannen spelen een grote rol bij schools presteren en studiemotivatie’’ (Jelles Jolles & Matha Bruins op de site Jellejolles.nl).

Heel belangrijk dus en langzaam groeiend vanaf de vroege kindertijd tot aan de jonge volwassenheid als de prefrontale cortex eindelijk helemaal volgroeid is en alle verbindingen in de hersenen gemaakt zijn. Een lange weg waarbij eerst ouders en later ook school een belangrijke rol spelen in het bieden van een veilig en voorspelbaar klimaat waarbinnen kinderen zich mogen ontwikkelen.

Iedere ouder wil graag een kind dat zijn impulsen onder controle kan houden. ‘’Niet met je vingers in de pan, handen wassen voordat je iets in je mond stopt, nadenken voordat je iets doet.’’ Maar er zijn veel individuele verschillen tussen kinderen. Jongens ontwikkelen zich vaak iets later hierin dan meisjes. En hoe ontwikkelde jij als ouder je op dit gebied? Als je zelf als ouder wat later ontwikkelde op dit gebied, dan is je kind vermoedelijk ook wat later. Het is frustrerend hoor, ik weet het als geen ander, maar het vraagt veel tijd en geduld. Het wachten op een goede impulscontrole bij je kind is soms eindeloos.  Niet dat je de regels moet veranderen. Nee, die mogen helder zijn en blijven. Echter, soms denk ik wel eens: hebben sommige ouders niet een te hoog verwachtingspatroon? Ik hoor de boosheid en frustratie: ‘’nou heb ik het 10 x gezegd en nog loop je met je modderschoenen naar binnen.. wanneer leer jij dat eindelijk?” Ik denk dan: ‘’lieve papa, lieve mama, voorlopig nog niet.’’ Dus houd je regel, en handhaaf hem… maar begraaf je te hoge verwachtingen over impulscontrole. Als een kind graag wat aan je wil vertellen wat er buiten gebeurde en naar binnen stormt met de klei nog aan de schoenen, dan heeft het geen voldoende impulscontrole. Het zit vol van iets (bijvoorbeeld een lieveheersbeestje dat gered moest worden). Het gefrustreerd roepen dat je kind vast geen oren heeft op de goede plek heeft echt geen zin en kan eerder de spanning doen oplopen. Te hoge verwachtingen op dit gebied zijn voor iedereen frustrerend.

Weten waar je heen wil. Weten dat je ook een lange adem nodig hebt. Niet kijken wat er mist, maar benoemen wat er goed gaat en elk stapje is er een. Echt: het werkt. Als een kind niet netjes en lang aan tafel kan zitten, dan is het vermoedelijk een heel energiek kind, dat vol met plannen en ideeën zit elke dag. Dan is elke minuut aan tafel met warm eten waar je geen geduld en geen trek in hebt moeilijk en te lang. En als het dan misgaat, dan is de verleiding groot te roepen waarom je zoon nou niet even net zo netjes aan tafel kan blijven zitten als je dochter. Soms biedt het dierenrijk uitkomst:  ‘’de rustige panda kan makkelijk aan tafel blijven, maar de drukke mier wil alweer volop aan de slag. Knap dat je het probeert, want we weten dat het heel moeilijk is voor de drukke mier om zo te blijven zitten.’’ Geduld, geduld, het gaat goed komen. Er komt een tijd dat ook jouw kind van eindeloos tafelen houdt. Maar nu hij 6 is en op onderzoek wil, is dat nog te moeilijk dat in een keer zo lang vol te houden. Stap voor stap om al die stomme regels te leren.

En elk stapje dat goed gaat, dat is er een om te vieren, en daar moeten we met z’n allen oog voor hebben en houden.  Want het benoemen wat goed gaat biedt ons allen hoop en richting. Maar verwacht geen wonderen, ook al zijn de eisen hoog. In onze maatschappij zijn zoveel regels en zoveel verwachtingen en zoveel doelen. En natuurlijk moeten we dat allemaal leren. Geduld geduld, het komt wel goed, ieder op zijn eigen snelheid, ieder op zijn eigen manier. De panda op de pandamanier, de mier op de mierenmanier. Steeds een stapje verder in de goede richting.

Voorlopig staat er nu een lang weekend voor de deur. Ik weet niet wat jullie doen. Maar ik blijf denk ik lekker thuis. Een stapje dichter bij een Coronavrije wereld. Dinsdag weer een nieuwe blog!

Blijf gezond!

One Comment

Leave a Reply